Duurzaamheid, Milieu en afval

Ontwikkelingen

Landelijke normen plaatsing windturbines
Na het Nevele-arrest (juni 2021) kunnen de landelijke milieuregels in het Activiteitenbesluit niet meer gebruikt worden voor windturbines en windparken. De Raad van State oordeelde dat er een uitgebreid milieuonderzoek (plan-m.e.r.) nodig was voor de uitbreiding van het windpark in Delfzijl Zuid. Er is inmiddels een milieueffectrapport en een ontwerpbesluit windturbines opgesteld, met regels over geluid, slagschaduw en afstand tussen turbines en woningen.
Er is nog geen politieke overeenstemming over de nieuwe milieunormen. Het ministerie van IenW geeft aan dat er nog wordt gesproken over de afstandsnorm. De inwerkingtreding van de nieuwe normen, gepland voor 1 juli 2025, is uitgesteld.

Afval / Circulaire economie
Het beleid voor veilige en hoogwaardige verwerking van afvalstoffen in Nederland, het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP3), wordt verlengd tot 2025 omdat het Circulair Materialenplan (CMP) nog in ontwikkeling is. Het CMP, dat naar verwachting in 2026 in werking treedt, richt zich niet alleen op afvalbeheer aan het einde van de keten, maar ook op hergebruik en preventie. Het wil innovatie stimuleren door bedrijven uit te dagen om beter te presteren dan de minimale afvalverwerkingsnormen.

Energiewet

De nieuwe Energiewet vervangt de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet, en voegt regels samen voor het transport en de levering van gas en elektriciteit . De wet bevat ook bepalingen voor de transitie naar hernieuwbare energiebronnen. Belangrijk voor Heusden is de positie van Energiegemeenschappen en de mogelijkheid voor het delen van energie. De wet treedt op 1 januari 2026 in werking. 

Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw)
Deze wet geeft gemeenten juridische instrumenten om wijkgericht de warmtetransitie vorm te geven. Dit gebeurt via aanpassingen in  de Omgevingswet , de Gaswet  en de Warmtewet . De belangrijkste instrumenten zijn:

  • Aanwijsbevoegdheid: Gemeenten kunnen wijken aanwijzen die vóór 2050 moeten overstappen op een duurzaam alternatief voor aardgas.
  • Warmteprogramma: Wordt verplicht en moet uiterlijk op 31 december 2026 zijn vastgesteld. Dit programma vormt de basis voor het aanwijzen van wijken.
  • Opt-out regeling: Gebouweigenaren mogen afzien van aansluiting op het collectieve alternatief, mits zij zelf een gelijkwaardig duurzaam alternatief realiseren.

De wet is aangenomen door zowel de Tweede als Eerste Kamer. De wet treedt naar verwachting gefaseerd in werking per 1 januari 2026 .

Wetsvoorstel Wet Collectieve Warmtevoorziening (WCW)

Deze wet heeft als doel een herstructurering van de warmtemarkt met nadruk op publieke regie, duurzaamheid en betaalbaarheid. Zo moeten warmtebedrijven voor meer dan 50% in publieke handen zijn of van een warmtegemeenschap. De tariefregulering wordt kostengebaseerd in plaats van het NMDA-principe. Net als in de Wgiw geldt een opt-out regeling voor gebouweigenaren. Zij kunnen afzien van aansluiting, mits ze zelf een fossielvrij alternatief realiseren.
De Tweede Kamer heeft op 3 juli 2025 ingestemd met de WCW. De Eerste Kamer behandelt de wet na de zomer. Inwerkingtreding wordt verwacht gefaseerd vanaf januari 2026.

Strategienota KRW-impuls Brabant
Na een evaluatie in december 2024 blijkt dat de doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) voor 2027 niet gehaald worden. De provincie Noord-Brabant heeft een Strategienota KRW-impuls Brabant opgesteld om de gevolgen te onderzoeken en extra maatregelen te nemen. In het behalen van de doelen wordt nu ook aan de gemeenten een belangrijke rol toegedicht. Met name op het gebied van de indirecte lozingen en riooloverstorten. De impact moet nog verder worden uitgewerkt. Het zal een plaats gaan krijgen in het kostendekkingsplan water wat nog aan de raad wordt voorgelegd. Hieruit voorvloeiende acties verwachten we vanaf 2027.

Deze pagina is gebouwd op 09/18/2025 14:25:04 met de export van 09/18/2025 14:19:07